NTS 20209684 Ontwikkeling van een nieuw druk verlagend implantaat voor geavanceerde glaucoom chirurgie

Wereldwijd lijden in 2020 naar verwachting 76 miljoen mensen aan glaucoom (verhoogde oogdruk), oplopend tot 112 miljoen in 2040. Bij overlijden zal ongeveer 25% van deze patiënten aan een oog en 10% aan beide ogen blind zijn geworden, ondanks behandeling. Glaucoom is daarmee de belangrijkste oorzaak van ongeneeslijke blindheid wereldwijd. Behandeling van glaucoom gebeurt in eerste instantie met oogdruk verlagende medicatie (vooral druppels). Indien deze behandeling onvoldoende is volgt een chirurgische ingreep. Het implantaat is toepasbaar op ongeveer 70% van de patiëntenpopulatie met glaucoom dat een operatie ondergaat. Echter, behandeling met een minimaal invasief glaucoom implantaat is niet voldoende voor patiënten met ernstige, veelal andere vormen van glaucoom, zoals secundair glaucoom, oogheelkundige syndromen, of patiënten die meerdere operaties gehad hebben. Voor deze patiëntenpopulatie is de enige hoop op het voorkomen van blindheid een lange-buis implantaat. Deze implantaten bestaan uit een flexibel buisje met een eindplaat die achter het oog geïmplanteerd wordt. Het eerste lange-buis implantaat werd in 1969 op de markt gebracht. Sinds die tijd zijn er slechts zeer weinig nieuwe ontwikkelingen geweest qua modellen en materialen op het terrein van deze implantaten. Onderzoek heeft aangetoond dat meer dan 40% van de lange-buis implantaten op de lange termijn falen door een chronische-(te)-lage oogdruk, verlittekening van weefsel, hoornvliesbeschadigingen en/of weefselbeschadigingen door het implantaat. Daarom werken wij, samen met academische en industriële partners, aan de ontwikkeling van een nieuw, lange-buis glaucoom implantaat. Dit implantaat is gemaakt van een nieuw materiaal. Dit materiaal wordt beter door het lichaam geaccepteerd dan de materialen waarvan de huidig verkrijgbare implantaten gemaakt zijn. Daarnaast zal het implantaat eigenschappen mee krijgen om verlittekening tegen te gaan en om herstel van gezond weefsel te stimuleren. Ook heeft het implantaat de mogelijkheid om de oogdruk na de operatie te kunnen regelen, ter voorkoming van een te lage of te hoge oogdruk.

Dit onderzoek zal ons de volgende kennis opleveren:
- hoe het materiaal, ontwerp en oppervlakte van het implantaat bijdraagt aan het reguleren van de oogdruk.
- of de fibrose-remmende en weefselherstellende eigenschappen van het implantaat daadwerkelijk weefsel herstellen en fibrose tegen gaan. Wanneer dit mogelijk is kan de techniek toegepast worden op meerdere implantaten. Hierdoor wordt de behandeling effectiever en minder belastend voor de patiënt. Ook zal de behandeling naar verwachting kostenbesparend zijn omdat er minder nazorg en complicaties zullen zijn.
 

In dit onderzoek wordt gewerkt met konijnen.