Uitvoeringsbeleid vergunningsaanvragen veehouderij

Recentelijk is het uitvoeringsbeleid van de CCD vastgesteld inzake vergunningsaanvragen voor dierproeven ten behoeve van de veehouderij.

Als het gaat om dierproeven ten behoeve van de veehouderij, acht de CCD het van belang dat de dierproeven een directe bijdrage leveren aan het verbeteren van welzijn en gezondheid van de doeldieren of dat het project bijdraagt aan andere aspecten van verduurzaming van de veehouderij. Aan een economisch belang kent de CCD om die reden een beperkt belang toe.

De CCD vindt het daarnaast van belang dat aanvragen niet enkel gericht zijn op symptoombestrijding, omdat deze problematiek vaak ook verminderd kan worden door aanpassing van het huidige veehouderij systeem. Symptoombestrijding op zich waardeert de CCD om die reden dan ook als een beperkt belang. De CCD vindt het bovendien voor aanvragen die enkel gericht zijn op symptoombestrijding van belang dat het ongerief dat de dieren ondergaan niet hoger is dan licht ongerief.

Indien aanvragen een economisch belang hebben of voornamelijk gericht zijn op symptoombestrijding, kan de schade-baten analyse, vanwege de geringe waardering van deze belangen, negatief uitvallen. Of dit inderdaad het geval is, hangt dus samen met de mate van ongerief dat de proefdieren ondergaan, de haalbaarheid van de doelstellingen en eventueel aanvullende baten.